Heeft opa zijn hele leven lang iets verzwegen? Iets wat oma en Karens moeder ook
niet weten? Karen wil opa steunen in de laatste fase van zijn leven. Hij is niet
voor niets haar ‘opapa’. Samen met Mark, haar neef en vriend, ontdekt ze het
verdrietige geheim dat opa met zich meedraagt. En op een nacht neemt opa zijn
kleindochter mee terug in de tijd...
|
‘Ik hoor wat,’ zei opa. ‘Snel, we moeten ons verbergen. Ze komen me halen!’
‘Ik hoor niets,’ zei ik.
‘Ik wel,’ fluisterde opa. ‘Zware laarzen op de straatstenen. Soldaten!
Vlug, anders nemen ze jou ook mee.’
Hij greep naar de armleuningen van zijn stoel en probeerde zich op te drukken,
maar hij kon het niet.
‘Ik kan me verdomme niet bewegen!’ riep hij. ‘Gooi wat over me heen en doe het
licht uit. Snel! Ze kunnen nu elk moment hier zijn. Ik hoor hun laarzen steeds
duidelijker.’
Hij keek me bang aan.
Ik stond op en liep vliegensvlug naar de kamer. Ik rukte een deken van opa’s
bed en rende terug naar de keuken.
‘Over mijn hoofd en het licht uit!’ zei opa.
Opa zei niets meer. Ik voelde zijn adem tegen mijn wang. Hij tastte met zijn
hand naar de mijne en legde hem er bovenop.
‘We moeten hier samen doorheen,’ fluisterde hij. En hij kneep zachtjes in
mijn hand.
|